Bewegingsangst is een documentaire van Haile Flapper, die journalistiek studeert. Hij interviewt twee personen die…
Het antwoord is ja en nee. EMDR helpt niet direct om RSI-klachten te verminderen of te voorkomen, maar wel om nare ervaringen op bijvoorbeeld je werk, in de medische wereld, met je eigen familie of anderen te verwerken. Wat doet EMDR dan precies?
Wat is EMDR?
EMDR is een therapie om PTSS (posttraumatische stress-stoornis) te verwerken. Het is een therapie die je helpt om nare ervaringen op te ruimen. Vroeger werd het vooral gebruikt voor oorlogstrauma´s, maar tegenwoordig ook voor andere ingrijpende ervaringen, zoals een ongeval, seksueel geweld of een geweldsincident.
Op onze webpagina EMDR lees je er meer over. Of kijk op de website Wat is EMDR? voor meer uitleg.
Hoe ben ik terecht gekomen bij EMDR?
Eigenlijk ben ik via via terecht gekomen bij een psychologe die EMDR toepast. Ik was bij een heel andere specialist en dan moet je altijd de eerste keer vertellen welke ziekten, operaties en dergelijke je hebt gehad. Ik ben nu 65 jaar, dus het lijstje is al best lang.
Deze specialist was erg betrokken en vroeg door. Ik heb dan ook verteld over nare ervaringen met mijn werkgever die mijn klachten niet serieus nam en vond dat ik me niet zo snel ziek moest melden, dat ik eens door moest zetten.
Over mijn huisarts, die in eerste instantie ook geen idee had wat mijn klachten waren. Zo ben ik nog drie jaar doorgegaan met klachten die steeds erger werden. Alle specialisten die ik veel later bezocht konden ook geen afwijkingen vinden.
Medici zagen RSI-klachten in die tijd als iets dat tussen de oren zat, daarom werd ik naar een psychologe gestuurd op een pijnpoli. Zij ontkende mijn klachten en deed wat ik vertelde letterlijk af als leugens. Zij heeft mijn problemen alleen maar verergerd en daarna wilde ik nooit meer naar een psycholoog.
Ook thuis was vroeger niet alles koek en ei en ik heb ongelukken en operaties gehad. Al met al een hele lijst met nare ervaringen. Genoeg om PTSS van te krijgen.
Werk
Vanaf het begin van 1984 heb ik veel computerwerk gedaan. Ik was een van de eersten die full time achter een computer ging werken. Dat was in die tijd nieuw, tot dan toe werd alles nog op een typemachine gedaan.
Vrijwel zonder pauzes, want het werk moest altijd gisteren af zijn. De werkdruk was enorm hoog, dus soms sloeg ik pauzes over. En op een foto uit die tijd is te zien dat zo ongeveer alles fout was aan mijn werkplek wat maar fout kon zijn.
Wist ik toen veel. Net zoals zíj in de middeleeuwen, want RSI-klachten zijn niet nieuw, ze bestaan al meer dan 500 jaar. Hoe dat zit kun je lezen in ons artikel Wisten zíj veel?! in het RSI-Magazine 2013-1, op pagina 10-11.
Leonardo da Vinci (gerapporteerd rond 1490) had er ook last van. Dat is toch niet de eerste de beste en hij had nog geen computer, maar kreeg het van veel tekenen. Vroeger was niet alles beter.
Begin klachten
Al snel kreeg ik klachten, maar pas begin 1989 waren ze zo hevig dat ik bij mijn werkgever aan de bel heb getrokken. Ze stuurden mij naar een soort bedrijfskeuringsarts in Amsterdam, van wie ik een brief mee kreeg voor mijn huisarts.
Die keuringsarts vermoedde dat ik een carpaletunnelsyndroom (CTS) had en adviseerde om dat te laten onderzoeken met een EMG. Dat vond mijn huisarts niet nodig, ik moest eerst maar eens op dieet. Dat vond ik onzin voor de klachten die ik had en zo ben ik nog jaren doorgegaan met werken.
Uiteindelijk zijn mijn klachten toch onderzocht in 1992. De uitkomst: een CTS aan beide handen. Na vijf maanden ben ik geopereerd aan het carpaletunnelsyndroom aan mijn rechterhand, een half jaar later aan de linker.
Na de operaties waren mijn klachten niet over, wel anders. Voor de ingrepen had ik vooral dove, tintelende vingers, erna vooral pijn. Vier jaar na de operaties waren ook de dove, tintelende vingers terug en had ik nog steeds veel pijn.
De houding van mijn werkgever
Mijn werkgever nam mijn klachten niet serieus. Ik heb altijd andermans werk erbij gedaan als iemand ziek was of vakantie had. Toen ik zelf ziek werd kreeg ik geen enkele hulp. Lange tijd veranderde er niets. Hulpmiddelen waar ik om vroeg werden meteen geweigerd.
Na de CTS-operaties vonden ze dat ik de dag na de operatie best weer had kunnen werken. Het was tenslotte maar een hand. De eerste zes weken kun je niets, daarna moet je alles weer opbouwen. Bovendien waren mijn klachten niet over. Dat bleek een complicatie te zijn, dystrofie (tegenwoordig CRPS).
Ik heb verschillende re-integratiepogingen gedaan, die nooit werkten, omdat ze mij er nooit bij betrokken. Mijn klachten, die bij iedere re-integratie direct terug waren en toenamen werden genegeerd. Want ik had geen duidelijke diagnose, dus ik had niets en moest gewoon weer aan het werk.
De regels rond ziekte en re-integratie zijn inmiddels strenger, minder vrijblijvend. We hebben nu de Arbowet, die bestond toen nog niet. Werkgevers hebben veel meer verplichtingen en die worden ook gecontroleerd. Er zijn nu Arboartsen of bedrijfsartsen die aan regels zijn gebonden.
Therapeutische basis
Bij een van de laatste re-integraties werd mij verteld dat ik op therapeutische basis zou werken. Het GAK heeft daar niets over gezegd, mijn werkgever vertelde alleen maar dat het voor mij geen verschil uitmaakte. Zij kregen geld als compensatie voor wat ik niet meer kon.
Kantoor vond het prima dat ik maar halve dagen werkte, maar verwachtte wel dat ik dan hetzelfde deed als in een hele dag. Terwijl op therapeutische basis bedoeld is om langzaam te beginnen, te kijken wat kan. Als het niet lukt, dan kun je stoppen, maar dat wist ik niet.
Wat therapeutische basis precies inhield is mij nooit verteld. Internet bestond nog niet. Ik kreeg maar een deel van het verhaal te horen, alleen wat mijn werkgever paste. Die re-integratie heeft daarom nooit een eerlijke kans gehad en werd de zoveelste mislukking.
Meer informatie over werken op (arbeids-)therapeutische basis vind je op onze webpagina Wetgeving onder Wet verbetering poortwachter.
De laatste dag op mijn werk
Ik heb gewerkt met een brandende arm, na een injectie in de zenuwen in mijn pols. Aanraken van die arm kon ik niet verdragen. Ik mocht eigenlijk niet autorijden na die injectie, maar dat had niemand mij van tevoren verteld. Ik heb daarna de hele dag gewerkt met alleen de andere arm.
Die injectie heb ik nog twee keer gehad, in beide polsen, maar ze hebben niet geholpen. Bij die volgende keren heb ik me ziek gemeld, maar ze vonden mij een aansteller die de kantjes eraf liep. Ik moest me niet zo snel ziek melden en eens doorzetten.
Daarna ben ik nooit meer terug geweest. Ik had al snel helemaal geen contact meer met kantoor of collega´s en kreeg ook geen post. Na ongeveer een jaar mochten ze mij ontslaan. Toen had ik nog steeds geen diagnose.
Waren mijn klachten toen erkend als beroepsziekte dan was mijn pensioen verder premievrij opgebouwd. Nu niet.
Medische wereld
GAK (UWV)
Keuringsartsen en arbeidsdeskundigen bij het GAK beslisten samen met mijn werkgever over alles, zonder mij daar bij te betrekken. Mijn werkplek is nooit onderzocht waar ik zelf bij was. De keuringen waren soms mensonterend, respectloos. Van tevoren kansloos voor mij.
Het GAK schrapte taken, waardoor mijn werk eenzijdig en zwaar werd. Er ontstonden conflictsituaties omdat ik bepaalde taken niet meer mocht doen, ook niet bij afwezigheid van mijn collega. Terwijl dat eigenlijk om simpele handelingen ging voor mensen die informatie nodig hadden om verder te kunnen met hun werk.
Al het computerwerk werd geschrapt, terwijl ik dat juist leuk vond. Ze wisten dus wel degelijk wat ik had, maar wilden dat niet erkennen. Misschien waren ze bang voor claims, zoals toen veel in Amerika gebeurde. Het bedrijf waar ik werkte had daar veel contacten.
Meer informatie over (her-)keuringen vind je op onze webpagina Herkeuringen.
Artsen
Meer dan eens vielen artsen mij aan met een stortvloed van verwijten en beschuldigingen over mijn gewicht. Alsof het mijn schuld was dat ik RSI-klachten had gekregen.
In de huiskamergroep van onze vereniging die ik ruim 20 jaar geleden had zaten meer magere mensen dan die met een maatje meer. Allemaal hadden we dezelfde klachten.
Vrijwel geen onderzoeken
Er zijn niet heel veel onderzoeken gedaan naar mijn klachten en als ze al werden gedaan dan waren het steeds dezelfde. Pas jaren na de CTS-operaties zijn er een paar keren foto´s gemaakt van mijn nek, maar daar was niets op te zien. Wat slijtage, maar dat vonden ze normaal.
MRI was in opkomst en daar heb ik naar gevraagd, waarna ze boos werden. Of ik wel wist hoe duur dat was? Toch had dat het verschil kunnen maken, als ze beter naar mij geluisterd hadden en ook mijn nek-en schouderklachten hadden onderzocht. Op een MRI-scan hadden ze misschien de nekhernia gezien.
Die MRI-scan is pas na 12 jaar pijnbestrijdingsbehandelingen gemaakt. Pas toen zagen ze de nekhernia, maar die was op dat moment niet meer zo erg.
Die nekhernia is waarschijnlijk ontstaan na een aanrijding die ik in 1991 heb gehad. Dat zou een goede verklaring zijn geweest voor de zware hoofdpijn en nekklachten die ik toen had.
Als de nekhernia toen was opgemerkt, dan had ik andere behandelingen gekregen. En geen oefeningen die niet geschikt waren bij een nekhernia. Sommige therapieën zijn mislukt omdat ik verkeerde oefeningen kreeg.
De eerste behandelaars die mijn klachten serieus namen
Manuele therapeut
Na de injecties in mijn polsen in februari 1995 ben ik niet meer aan het werk geweest. Korte tijd later kwam ik terecht bij een manuele therapeut. In al die jaren met klachten heb ik nooit eerder een verwijzing gekregen voor (fysio-)therapie, dit was de eerste keer.
Deze eerste therapeut zag dat er wel degelijk wat aan de hand was. De behandelingen hielpen echt, maar na een aantal jaren zijn ze gestopt, omdat ze daar niet nog langer mee wilden doorgaan. Helaas, want daarna ging het weer minder goed.
Na manuele therapie heb ik nog een aantal andere behandelingen gedaan. Die hielpen niet, want ze hielden geen rekening met mijn beperkingen door de nekhernia. Het enige waar ik naast manuele therapie wel wat aan had en heb is Mensendieck therapie. Dat zijn rustige oefeningen, waarbij je binnen je pijngrenzen blijft.
Waar ik ook altijd van opknap: een stevige massage door de fysiotherapeut. Triggerpoints aanpakken is op het moment van behandeling pijnlijk, maar later heb je er profijt van. Er zijn niet veel fysiotherapeuten meer die willen masseren. Een behandeling bestaat tegenwoordig vooral uit oefenen, maar dat is niet voor iedereen het beste.
Neuroloog
De enige specialist die mijn klachten wel begreep en een diagnose stelde was een neuroloog in Amsterdam, waar ik in 1996 ben geweest. Hij had zelf RSI-klachten (gehad). In die tijd waren er drie specialisten in Nederland die de diagnose RSI wilden geven.
Ik was al ontslagen, maar vanaf toen kon ik tenminste zeggen dat ik echt iets had. Ik stelde me niet aan.
Er was nog geen behandeling, maar ik kreeg medicijnen (voor epilepsie) waardoor ik wat minder gevoelig werd voor pijn. Met als bijwerking sufheid, maar dat viel mee. Ik heb ook middelen gehad waarvan ik een zombie werd en die maar tijdelijk hielpen.
Hoe kreeg ik een verwijzing voor een EMDR-behandeling?
Terug naar de specialist waar ik begin 2022 ben geweest. Hij vond het nogal wat en vroeg of het niet eens tijd werd om al die trauma´s te verwerken. Ik kende EMDR wel van oorlogstrauma´s bij militairen, maar had er nooit aan gedacht om mijn eigen ervaringen trauma´s te noemen.
Toch vond ik het niet zo´n rare gedachte en de moeite waard om te proberen. Vanaf dat moment is het balletje gaan rollen.
Eerst een diagnose
Vorig jaar heeft de specialist mij doorverwezen naar een psychologe die ik kende van een revalidatietraject van jaren geleden waar zij onderdeel van was. Het klikte goed en dat is belangrijk, omdat je vertrouwen moet hebben in je behandelaar. Ik had immers ook nare ervaringen met een andere psychologe.
Na het intakegesprek moest ik vragenlijsten invullen over hoe de gebeurtenissen mijn leven beïnvloedden. Uit de antwoorden bleek al dat ik PTSS had.
Eerst kreeg ik nog een onderzoek om uit te zoeken of een ongeluk vlak voor mijn 15e verjaardag blijvende schade had aangericht. Dat bleek niet zo te zijn, waarna ik werd doorverwezen voor behandeling van de PTSS met EMDR. Die behandeling heb ik gehad van januari tot mei dit jaar (2023).
De EMDR-behandelingen
EMDR doet lichamelijk geen pijn, maar geestelijk wel. Het is heel erg vermoeiend, omdat je alle emoties van nare ervaringen weer naar boven moet halen. Die vermoeidheid kan wel een paar dagen duren, maar gaat uiteindelijk wel over. Na een aantal behandelingen is de vermoeidheid minder hevig en duurt wat korter.
Hoe gaat een EMDR-behandeling?
Bij een EMDR-behandeling moet je de nare situatie herbeleven, vertellen hoe en wat je ervaart. Terwijl je dat doet volg je een lampje dat heen en weer gaat op een tl-buis. Het lampje verandert steeds van kleur en die kleuren moet je ook benoemen.
Dat lampje gaat heel snel en is bijna niet bij te houden. Je moet ook heel snel kunnen praten om al de kleurwisselingen te benoemen. Daarnaast kreeg ik apparaatjes in mijn handen die onregelmatig zware trillingen afgaven. Je aandacht vliegt heen en weer tussen het lampje, de kleuren en de trillingen.
De snelle beweging van je ogen, de wisselende kleuren en het trillen van de apparaatjes leiden af van de nare gebeurtenis. Je hersenen kunnen niet alles tegelijk en daardoor verdwijnt de nare gebeurtenis naar de achtergrond. Je therapeut herhaalt het herbeleven met de afleiding een aantal keren (sessies).
Wat ook heerlijk is: je mag mensen die jou naar hebben behandeld van alles (in gedachten) aandoen. Ze pijn doen, van een toren gooien of eens even flink de waarheid zeggen. Zo kun je er vast nog wel een aantal bedenken. Dat lucht enorm op, want dan heb je met ze afgerekend.
In het begin voelde alles heftig, maar de herinnering en pijn verminderden na elke sessie. Na een aantal sessies was het alsof ik er op een afstandje bij stond, ik maakte geen deel meer uit van die gebeurtenis. Zo heb ik met EMDR circa 10 nare gebeurtenissen weggepoetst.
De behandelde ervaringen doen geen pijn meer, want die heb ik verwerkt. Ik heb er zelfs moeite mee om ze weer naar boven te halen. Eenmaal weggepoetste ervaringen kun je niet terughalen – een EMDR-behandeling is onomkeerbaar.
Dat was nu precies de bedoeling. Ik denk niet meer aan de nare ervaringen, ze beïnvloeden mijn dagelijkse leven niet meer. Ik ben daar blij mee, want ik heb weer ruimte in mijn hoofd voor andere dingen en ik kan me beter concentreren. EMDR heeft mij goed gedaan.
Deel je ervaringen
Heb jij ook ervaring met een behandeling en wil je dat met ons delen? Neem dan contact op met mediaredactie@rsi-vereniging.nl. Het maakt niet uit of het goede of slechte ervaringen zijn. Het kan anderen helpen om een passende behandeling te kiezen.
Geschreven door: Corinne Travail
Comments (0)